paulienvervoort.reismee.nl

bijna naar huis...

Onze dagen hier lopen ten einde! Ik hoop dat niemand meer post heeft opgestuurd, want dat gaat wellicht niet meer aankomen op tijd :). Woensdag vertrekken we namelijk al, richting Yaoundé, met de nachtbus. Hopelijk verloopt dat zonder accidenten en dat kan je heel letterlijk nemen. Bestuurders in Kameroen zijn er niet om gekend voorzichtig te rijden en 's nachts maakt dat het gevaar alleen maar groter. Dus ik houd mijn hart al vast! We zijn al druk bezig met cadeautjes uitdelen hier en afscheidsetentjes bij te wonen, speechen te geven etc. Al 2 kerken plat van t lachen gekregen met onze speech, dus das wel goed bezig veronderstel ik. Vandaag ook mijn laatste dag les gegeven. Kinderen van klas 5 waren al aan het wenen (letterlijk! Maar stiekem ook een beetje voor te lachen) dat ik ging vertrekken.'Please don't go o to Belgium, you have to stay here.' Pakkend :) snif... En over 'sniffen' gesproken. Traantjes zullen er rollen, ze maar zeker! Bij veel mensen die mijn 'hun vriend' noemen heb ik het gevoel gehad slechts een oppervlakkige relatie te hebben gehad met die persoon. In hun ogen was dit anders. Maar mijn familie hier, dat is een ander verhaal. 6 maanden is dit mijn thuis geweest, mijn huis en mijn familie. Het gaat echt pijn doen om dit allemaal achter te laten, beseffende dat de kans dat ik hen snel (of ooit?) terug ga zien, niet zo heel groot is, beseffende dat ik de 2 kleintjes niet zal zien opgroeien en zij mij wellicht na een jaar al niet meer herinneren. Het terugkeren naar het 'haastige' leventje dat ik gewend was, zal zeker aanpassen zijn. Nu ik er aan denk: Heb ik al een agenda? Als ik terug ben, zal ik niet zonder kunnen. Raar maar waar, al half de maand mei zit al volgeboekt met activiteiten, ondanks het feit dat ik nog helemaal niet terug ben...

See you all soon!

(30 nov, land ik om 5.15u in zaventem * hint hint ¨*)

bye!

x

Arm en rijk en ergens tussenin?

In Boa hebben we toch wel wat 'verschil' mogen aanschouwen als het aankomt op levensstijl. De huizen zijn in bijna niets te vergelijken met waar wij wonen. Olivia vertelde ons dat haar vrienden bijna allemaal een eigen auto hebben. Zelf heeft ze dit niet, wel heeft ze een laptop met films op, een internet usb, stromend water (tot op het moment dat dit door de overheid werd afgesloten helaas. Nu is het water bij de bron gaan halen zoals bij ons), een fototoestel, een snelkookpot (of hoe heet dat, zoiets dat wij thuis ook hebben mama, waar jij de soep mee maakt?). Ultratechnische snufjes dus, je kan het je niet voorstellen. De tv van het huis waar we werden verwelkomd, stond in een mooie houten kast met glazen deurtjes en voor het eerst hebben we dan ook eens rustige tv kunnen kijken, of misschien wel een 'filmmarathon' gehouden. Het was zalig om eens niet naar die noisy Afrikaanse dans/zang-optredens te kijken, iets waar ze in Mambu zwaar fan van zijn. Met de 3 vrouwen in huis en het kleintje van nog geen jaar oud, was het echt rustig in de zetel relax naar Amerikaanse films kijken, want dat waren ook programma's waar zij naar keken. Het sterk vasthangen aan geloof, is iets dat me wel is opgevallen en is ook niet veel anders dan bij ons in Mambu. Heel het huis hing vol met afbeeldingen van Jezus, bisschoppen, levenswijsheden etc. Voor het slapengaan, werd er met heel de familie uitgebreid gebeden. Om de vloer te 'sweepen' gebruikte men ook de broom 'Here, we don't have a vacume cleaner.' Het enige verschil is dat men in Boa weet dat het bij ons anders is, maar de mogelijkheden om in het bezit te geraken van sommige dingen, zijn gewoon beperkt. Men eet ook voornamelijk met vork of handen, maar heeft wel ander bestek in huis (messen, hoera!). Eens niet super laat eten krijgen, is ook wel eens tof. Er werd goed voor ons gezorgd daar! ?

Vandaag ben ik dan met Jasper naar een familielid van de Ngwa familie geweest. De oude vrouw (ze leek wel 100 of zo!) woonde in een huis gemaakt van bamboe. Het was fantastisch om te zien hoe dit in elkaar is gezet (met modder en leem blijft het gehele gebouw in tact), maar ik had voor geen geld van de wereld willen ruilen met waar ik nu woon. Toen ik vroeg of dit enkel de keuken was en de vrouw antwoordde 'Neen, hier koken, eten we, slapen we.' werd ik snel tot de realiteit geschud. Mooi is het wel, plezierig is iets anders. Ik weet niet of bamboe wel zo goed slaapt, want dat is dan wellicht zonder matras. Ik draaide mij om en zag met rubber band een tandenborstel tegen de bamboe muur bevestigd. Een van de kinderen, die met Alex naar school gaat, zou een slang hebben gedood. Jasper had dit gezien, toen hij mee was geweest naar de 'farm'. Hij vroeg hem 'Voor op te eten?' en hij zei erg serieus 'ja.' Als cadeautje (als je op bezoek gaat bij mensen krijg je altijd iets, meestal iets om te eten) gaf de vrouw ons 2 eieren, van hun kippen. Pas toen begon het bij me door te dringen. Deze mensen leven echt volledig van wat de natuur hen geeft. Wondermooi eigenlijk om te zien en het doet mij nadenken over mijn eigen westerse leventje: wat leven wij toch in een plastieken wereldje... Alles is voor ons 'bereid', vlees kopen wij in een zakske, je weet niet eens wat er in zit. Dit is... het echte leven. Als die oude vrouw en ik samen op een onbewoond eiland worden gedropt, weet ik al vrij zeker wie er het langst zal overleven...

Maar zoals ik al zei, ben ik toch wel vrij content met onze toestand. In Boa kleedde Olivia zich ook erg westers. Mooie kleren, daar niet van, maar het echte Afrikaanse leventje zie je daar niet. Dat Boa een stad is en geen dorp, heeft daar ook wel veel mee te maken. Muziek van bij ons, reikt ook veel sneller tot bij hen dan tot het dorp. In Mambu hebben we genoeg om te kunnen leven en ook genoeg om af en toe te kunnen 'profiteren'. Er zijn winkels (dit is niet in elk dorp) waar je brood kan gaan kopen en met een taxi ben je relatief snel in Bamenda (voor mensen uit andere quarters van Bafut is dat iets anders, ik weet zelfs niet of die wel tot in Bamenda kunnen geraken, laat staan de taxi kunnen betalen) voor als we onze 'westerse batterijen' weer even willen opladen. Zo zijn we bovendien zeker dat we genoeg vitaminen binnenkrijgen.

Van frustratie 1 naar frustratie 10 naar… kruidvatje ontploftk

Helaas, een oneindigheid aan 'geduld' is mij niet gegund. Op een gegeven moment is het vatje op. Ik geef u even een kijkje in mijn leven.

We zullen even beginnen bij het 'plan' voor de Mount. Dat plan was: de berg beklimmen. Klinkt eenvoudig, toch? Maar het was alles behalve dat (en dan heb ik het niet over de klim zelf ;))...

Frustratie 1: De datum van 'de eerste week van februari' werd door father Renato vastgelegd. Dan zouden we dus gaan. Jasper en ik keken er al vol verwachting naar uit en om één of andere reden, werd onze toch verplaatst, naar eind februari. Ok. Dat konden we nog aan. We hadden geen haast fzo.

Frustratie 2: Er was de laatste tijd nogal veel regen ook al was het regenseizoen nog niet begonnen. Father Renato doet 'the call' naar het bureau in Boa met de vraag of het mogelijk was om te komen. De man aan de telefoon deelde hem liefjes mee, dat het op zijn minst een week droog moest zijn geweest. We vreesden dus al voor die laatste week in februari en uiteraard, heeft het toen ook nog veel geregend. We konden niet gaan. Het werd weer een week verder uitgesteld.

Frustratie 2: Eind februari, begin maart, kreeg father Renato plotsklaps bezoek. Italianen. Zonder dat hij er iets aan te zeggen had, dwongen zij een bezoekje aan Mambu MET rondleiding door de father himself ofcours, af. Dit was op zich geen reden om ons zorgen te maken, het waren immers fervente klimmers, ze zouden ons wel willen vergezellen. De overtuigende woorden 'we must go hé! It's the time!' van father Renato gaven ons voor enkele dagen goeie moed. Helaas, niets was minder waar, de Italianen zagen het niet zitten. Niet omdat ze niet graag klimmen, wel omdat ze hun week liever volplanden met scholen etc. te bezoeken. De tijd was gewoonweg te kort, begrijpelijk aangezien ze maar een weekje bleven. Dus, weer bleven Jasper en ik op onze honger wachten.

Frustratie 3: In maart vroegen we father Renato dan toch nog eens om duidelijkheid. Voor ons was het ondertussen 'nu of nooit' geworden. Weldra zou het regenseizoen aanbreken. Ik was ook net terug van Douala. Met father Renato ben ik de Italianen naar de luchthaven gaan brengen (hij had niet veel zin in een saaie terugrit) en samen met hem op zondag teruggekomen. Hij wilde gerust nog een dag langer in Douala blijven, alsof hij geen dringende verplichtingen meer had in Mambu. Dan denk je toch dat de berg geen probleem zou zijn en we sowieso zouden kunnen gaan? Niet dus. Hij moest het eerst nog eens bespreken met de andere fathers. Wat bleek: Hij kon er geen week onderuit, wegens 'te veel werk.' Opeens! Maar we moesten maar gaan zonder hem, hij zei dat hij de week er op misschien nog wel kon, maar dat hij ons niet wilde laten wachten. Pa Young zou wel met ons gaan.

Frustratie 4: Pa Young werd ziek, maar dat gooide geen roet in het eten. De oude man zou ons tot in Bamenda begeleiden en zijn dochter - die ongeveer even oud is als ons - zou ons wel vergezellen. Pa Young had alles nauw gezet geregeld voor ons, het leek alsof we onze babysit bijhadden ? 'En als je hier bent, bel je Olivia. En dan, als je aan dit punt bent, bel je nog eens. Dan, laat je het ook nog weten als je aankomt aan mij. De volgende dag als je de berg gaat beklimmen, bel je mij en dan, als je terug bent in Bamenda, ook.' Alsof we hulpeloze slachtoffers waren die nog nooit met de bus voor 6-7 uur hadden gereisd (het was een andere busmaatschappij, mar al die busmaatschappijen zijn hetzelfde, werken hetzelfde, hebben zelfs dezelfde busjes zodus... Het parcours dat we reden, was ook grotendeels de weg die we naar Douala zouden doen, wat we beiden al meermaals hebben gedaan). Toen we dan in Boa waren aangekomen, vertelde Olivia (Pa Young's dochter, die ons had staan opwachten) ons dat ze niet zou meegaan. Helaas, Jasper en ik zouden alleen de uitdaging moeten aangaan
Frustratie 5, 6, 7, 8,...: Via zowel father Renato als Pa Young, hebben we verkeerde informatie meegedeeld gekregen. Dat er in de hutten een bed zou zijn te vinden, daar lachte de familie van pa Young (waar we dus bij verbleven) eens goed mee. Zoiets zouden we echt niet moeten verwachten. Dat we zonder officiële gids zouden kunnen gaan en met enkel een 'porter' om een zak te dragen, was dus ook niet waar. 'Waarom ben je niet in februari gekomen, dan waren er veel mensen aan het klimmen en dan hoefde die gids niet?' kregen we continu naar ons oren gegooid. Nja, vraag father Renato, dachten we dan altijd. Olivia was naar het kantoor geweest en kwam terug met het nieuws dat voor 2 dagen, dus in één dag op en één dag af, niet betaalbaar was. Ze had gelijk, 70.000 cfa met 2 voor gids en 1 drager, zoveel hadden we niet meer bij... Voor 2 dagen eten meenemen, dat ging toch ook al niet goed. Ik begon al te vrezen dat we niet meer zouden gaan, maar gelukkig was er een alternatief. In één dag op en af, maar dan maar tot hut 2 in plaats van tot de top. Dat was oké voor mij, voor slechts 24.500 cfa konden we met één gids op en af. Onze 'drager' hadden we zelf al geregeld, een vriend van Olivia en een ervaren klimmer. Hij zou die avond nog langskomen. Hij kwam langs en de discussie starte. En ging door... en bleef doorgaan. Ik snap niet goed wat de jongen niet begreep. Terwijl Olivia bleef zeggen 'we doen wat jullie willen.' Bleef de jongen steeds een vertwijfeld gezicht bovenhalen. Ik snapte het probleem niet zo goed. Dat je vroeg moet opstaan, dat weet je toch, anders geraak je er nooit op één dag (het zou 6 uur op en 6 uur af zijn). Uiteindelijk waren we half 9 overeengekomen. Op dat uur zou hij aan onze deur staan. Dat is laat, want dat maakt dat we pas laat - en dus in den donker - zouden terugkomen. We zouden een pillamp moeten gebruiken om de afdaling te kunnen maken en dat vond ik maar niks. Maar goed, hij zou met ons meegaan en we zouden er ook niet extra voor moeten betalen (hij zou dat dan regelen met de gids die we betalen, en daar een deel van krijgen ofzoiets), dus we gingen akkoord. Dan vroeg ik of we voor hem ook eten en drinken moesten meenemen, eerst was het neen, dan weer ja. En hij wilde dan voor zichzelf nog 6 liter meenemen (op de 8 liter die we - aangeraden door pa Young - al zouden moeten meenemen, gereduceerd tot 4 keer 1,5l trouwens..). Nu ja, hij was de drager, mij maakte het niet uit. We zouden dus 1 van de zakken volladen met water en een andere met wat eten en kleren en die zak zouden we dan kunnen afwisselen. Strak plan. EINDELIJK was het beslist. Het was ondertussen al 22u gepasseerd, tijd om te gaan slapen.

Frustratie...: De volgende dag, sliepen we uit. Althans, dat was het plan. Om half 7 waren we allebei wakker, met maagkrampen. De spicy rijst (Kameroeners zijn nogal fan van 'pepper') had ons last bezorgd en de moeder van de familie zag het al niet meer goed zitten om ons op die manier te laten vertrekken. Gelukkig had ons ontbijt: brood met ei en thee gemaakt van 'dandelion leaves', wonderen gedaan, we konden er weer tegenaan. We waren er klaar voor. Om 8u belt dan die vriend van Olivia. Hij belt af. OPEENS! Opeens kon hij niet meer mee om één of andere bijzondere reden die ik nooit zal weten. Om te rotten! Komaan, dat kon hij ons nu toch niet aandoen... Nu goed, Olivia was gisteren naar het kantoor geweest om alles te regelen, dus de gids hadden we dan toch. Niet. We arriveerden met de taxi en we troffen een leeg kantoor aan. De vrouw van het kantoor was zelfs niet daar. Het was op dat moment al 9u gepasseerd. We waren tijd aan het verliezen! Ik was op dat moment al niet bepaald goedgezind. Nadat Olivia heeft liggen rondbellen, was er na een half uur toch eindelijk iemand op komst. Ik dacht, de gids, maar het was de vrouw van het kantoor. We volgende vrouw tot binnen en vraagt ons te betalen. We vertelden haar dat we niet zouden betalen vooraleer we een gids zien. De vrouw zei dat dat geen optie was. De gids zou immers pas worden gebeld vanaf het moment dat het bedrag werd betaald. MAW: De gids was nog niet geregeld?!! Dit was echt de hel, we hadden dus nog niets. Voor hetzelfde geld heeft er nu niemand tijd en kunnen we gewoon niet gaan. 'Waarom hebben jullie gisteren niet betaald?' Olivia was gisteren geweest en heeft het toen voorgesteld, maar de man die haar vragen toen beantwoordde vroeg haar de volgende dag terug te komen. We vroegen of er dan een drager bij was. 'neen, daar moet je voor bijbetalen.' We zeggen haar, ik op van frustratie, dat we net één zak zwaar hebben gemaakt met drank, om te laten dragen door iemand. 'Maar je hoeft misschien niet alles mee te nemen, haal er wat flessen uit.' Voor een tocht van 12 uur efkens risico's gaan nemen? Ik dacht het niet hoor! De vrouw gaf ons een glimlach die verraadde dat ze vond dat we overdreven. 'You don't need so much.' Ja, alsof zij ervaring zou hebben? Net alsof ze wilde zeggen 'Doe eens niet belachelijk.' Mijn bloed begon al te koken. Ik had er al geen zin meer in, niets was weer geregeld, dit was ZO typisch Afrika.
BOM ONTPLOFT: Ik leg de vrouw uitgebreid uit van waar we komen (van het vertrek in februari, naar de vriend van Olivia die plots afzegt, van onze 'voorbereidingen' zowel mentaal als fysiek, dat weer allemaal voor niets was etc.) om duidelijk te maken dat ik vrij gefrustreerd was. Vraagt ze mij doodleuk 'Why are you so upset?' wanneer ik het haar dus net heb duidelijk gemaakt. VER-SCHRIK-KELIJK!!! Vanaf toen kon iedereen voor mij den boom in. Gelukkig was er een gids en ook redelijk snel was ie daar (die heeft dan totaal ongewild de volle lading gekregen, de man wist ocharme van niks ? Ik heb geroepen, maar niet op hem en gelukkig wilde hij één van onze zakken dragen).
Dit was officieel mijn ergste Afrika-mentaliteit-momentje. En ook geen enkele Afrikaan die ons hierin waarschijnlijk zal kunnen begrijpen...
Uiteindelijk maar tot de 'magic tree' geraakt. Dit is op 2400 m hoog, het was eerlijk gezegd gewoon te zwaar. We hadden nooit tot hut 2 geraakt en terug in één dag, zonder dat we onszelf hadden voorbereid. Voorbereiding was dus echt wel aangewezen! De gids gaf, achteraf, toe dat toeristen normaal gezien niet eens geraken tot waar wij zijn geraakt. Hij vond het een prestatie. De laatste 2 uur waren immers steile klim (stel u een klimmuur voor, dit was het gevoel dat ik had als ik naar rotsblokken en grashopen greep, het was echt steil) en echte uitputting. Doe er dan nog eens 2 uur bij en we waren bij hut 2 geraakt, en dit was nog een steiler stuk. We hadden nog 400m hoogte te gaan. Ik zag het voor mezelf niet realiseerbaar. Zelfs al zou ik er geraken, zou ik zelfs nog niet met zekerheid kunnen zeggen of mijn benen me nog tot beneden zouden kunnen dragen. Ik wilde niets riskeren, we waren totaal niet getraind. Toen de man dan op een gegeven moment begon over 'na 6 uur is het wel bijbetalen.' (alsof hij op voorhand nog niet wist dat we later dan 6 zouden terugkomen. Wat dacht je nu, als je om 10 u pas vertrekt?! En euh, daar weten we niets van, van dat bijbetalen. We hebben ook maar gewoon betaald in het kantoor, zonder enig papiertje te tekenen...) begon, was de keuze snel gemaakt. Het was tijd om terug te keren. De man nog 'Ik dacht dat jullie ervaren klimmers waren. Anders ga je toch niet tot hut 2.' Ja... het was ons al wel duidelijk dat we niet helemaal correct waren geïnformeerd. Pa Young was de enige van onze informanten die de berg ooit werkelijk had beklommen. De betekenis van de magic tree zal ik misschien nog even moeten uitleggen. Het is de enige boom die je op dat stuk grond kan vinden. Vanaf de 'steppe' is er immers niets anders meer dan rotsen en grashopen en kleine losse steentjes. Het laatste stuk was er ook veel wind die relatief koud aanvoelde. Aan hut 2 zou het 3 graden zijn, ik weet niet hoe koud het was waar wij waren geraakt. Op 1800m bereikten we hut 1. Dit is waar de meeste toeristen en ook Kameroeners meestal stranden. Als ik het gebouw zag, was ik erg blij dat we de tocht in één dag zouden doen en dus zonder overnachting. Op 2200m bereikten we 'the new hut' en 2400m de magic tree. Het klimaat en de vegetatie veranderde 'stapsgewijs'. Van het Ardense bos, belandden we in een bruine sfeer waar bomen waren verbrand (blijkbaar steken jagers deze in brand nadat ze hebben gejaagd ofzoiets). Hierna kwamen we op het stuk grond waar de bomengroei stopte (dit heeft een naam, maar deze ben ik vergeten) en daar begon het zware stuk. In de mist keken we omhoog en bijna blindelings volgden we de rij wit geverfde rotsen die steeds langer leek te worden. Eindeloos lang... Toen we dan aangekomen waren bij de new hut en we besloten hadden tot de magic tree te gaan, leek de verlossing nabij. Jammer genoeg staat ook die boom er om gekend om steeds verder van je weg te deinen, als je dichterbij komt. Op een klein uurtje hebben we deze dan toch bereikt en trots onze geïmproviseerde Belgische vlag (van banaan en plastiek zakjes, wellicht leeft ie dus niet meer) op de grond neergeplant. Dit was toch wel een foto waard! Net zoals de steile grond die we naast ons zagen. Of je het nu gelooft of niet, bij het maken van de foto's hebben we de camera niet schuin gehouden. Het is werkelijk zo steil ?. Geen lachertje dus voor een onervaren klimmer.

Wat ik heb ervaren en geleerd - Nog 2 maanden!


Aangezien sommigen zich al begonnen af te vragen of ik nog wel leefde, hier, een teken van leven.

De gedachte aan het naderende regenseizoen maakt me lichtelijk depressief. Het weinig bruine kleurtje dat mijn huid met veel moeite heeft opgeëist, zal als sneeuw voor de zon verdwijnen wanneer de regen er is. Dat je niet meer zal kunnen buitenkomen zonder paraplu, je binnen de 5 minuten water in je schoenen zal meesleuren en je, als je sjans hebt tenminste, slechts een glimp van de zon zal kunnen opvangen (op goeie dagen zal deze je 30 minuten 'straling' gunnen), zint me niet. En dat, als dagelijkse kost, nu mijn kostbare laatste dagen in Kameroen net ingaan. Zucht, ik haat het nu al.

Door de mail die mijn grootmoeder me stuurde, om me te herinneren aan het Paasfeestje (ook al zal ik er niet kunnen bij zijn), herinnerde ik mezelf aan het feit dat ik bijna terug naar huis ga. Ik kan voorspellen dat het gevoel dat ik zal hebben wanneer ik iedereen voor de eerste keer ga terugzien, fenomenaal gaat zijn. Traantjes zullen vloeien, dat is zeker! Altijd al te trots geweest om het toe te geven, maar oh ja, ook mijn ouders worden erg gemist! En dan is er nog iets dat ik kan voorspellen. Hoe graag ik ook naar huis wil, eens dat ik thuis ben, zal ik heimwee krijgen naar mijn Afrikaanse thuis. Ook al heb ik hier maar 6 maanden gewoond (en zeg nu zelf, wat zijn 6 maanden in een menselijk bestaan), mijn familie hier heeft een plaats in mijn hart gekregen. Verder heb ik de kans gekregen om in een totaal anders en onbekende wereld te proberen functioneren (toegegeven een beetje 'scary' in het begin). Ik heb mij opengesteld voor de manier van leven van de Kameroeners en heb mij onvoorwaardelijk opgenomen gevoeld, in hun cultuur. Het bewijs: Al in de eerste maand dat ik hier was, werd ik tot 'Lum Paulien' gedoopt. Als ik dan ook nog eens mensen op straat verras door hen in het Bafut aan te spreken, vinden ze al helemaal dat ik geïntegreerd ben. Men ziet dan ook dat ik geen toerist ben. Over toerist zijnde gesproken, zo heb ik me op momenten wel af en toe gevoeld. Mensen noemen je 'white man' en ook al woon je voor zoveel jaar in Kameroen, vanaf dat je buiten je dorp treedt, ben je voor de mensen hier een vreemdeling. Je bent blank, je valt op, je bent een white man and you will always be... Hiermee kan ik mijn ouders toch wel gerust stellen: Don't worry, ik ga hier niet blijven wonen :)

Doordat mensen hier aan een relaxer tempo leven, is er tijd om praatjes te slaan. Ondertussen heb ik zo al verschillende nieuwe namen in mijn gsm staan. Het enige minpuntje dat dit heeft is dat mensen je soms opbellen, gewoon, om te vragen hoe het met je is. Ik vind het gek om daarop aan de telefoon te antwoorden en dan gewoon op te leggen. Wij Belgen vinden dat eerder tijdverspilling en gewoon raar, om iemand daar voor te bellen. Toch? Mensen wisselen ook heel gemakkelijk nummers uit en voelen zich beledigd als je je nummer niet wil geven. Toch heb ik altijd voet bij stuk gehouden. Als iemand die ik net heb ontmoet, waar ik misschien 5 minuten mee heb gebabbeld, mijn gsm-nummer vraagt, dan geef ik het niet. Ik weet gewoon dat ik die persoon nooit zal bellen dus beter van in het begin duidelijk zijn 'Ik ben je vriend niet.' Door dit te zeggen, haal je je echter veel problemen op de hals. Zo ben ik al eens in een ingewikkelde discussie beland over wat dan de voorwaarde is om in een gsm te mogen staan, hoe je met een Belg bevriend kan geraken etc. Geen aanrader. Vanaf toen heb ik geleerd te zeggen: 'Goh, ik weet mijn eigen nummer niet...' of 'Ik heb mijn gsm niet bij..' of 'Ik blijf niet lang meer in Kameroen en als ik thuis ben, gebruik ik deze SIM-kaart niet meer.' Of 'Ik zet enkel mijn Kameroense familieleden er in.' Op den duur word je daar wel creatief in ?. Mensen willen ook gewoon vaak je nummer om zo 'vriendjes' te worden en dingen van je gedaan te krijgen. Daarom: Principes zijn principes: Er komen geen vreemdelingen in mijn gsm ?. Het positieve aan mensen - die je dan wel al een beetje kent - in je gsm hebt, is dat deze mensen je super graag willen terugzien en je dan trakteren op een rondleiding door Bamenda bijvoorbeeld. Zo zijn we in de eerste twee weken van ons Kameroens bestaan ooit eens in het huis van ene dokter Fussi, een belangrijke meneer en directeur van een universiteit in Bamenda, beland. We hebben er kunnen profiteren van een rijkelijk maal, dat eigenlijk helemaal niet voor ons bestemd was. Fantastisch toch? :) Niet zo heel lang geleden heeft de man waar we deze uitstap aan te danken hadden, ons terug rondgeleid in Bamenda of noem het misschien 'meegenomen op kroegentocht'. Zoals ik waarschijnlijk al eens terloops zal hebben vermeld, zijn Kameroeners niet vies van een beetje alcohol. Integendeel, niet alleen mannen, maar ook vrouwen zijn 'master' in drinken. Deel je een fles bier of iets anders, dan bekijkt men je wat schraal alsof er iets mis is met je (Toch houden ook hier Jasper en ik voet bij stuk!). Overal waar we kwamen, moesten we drinken. Een reactie als 'Ik heb net 5 min geleden een liter drank opgedronken.' Is dan niet het goede antwoord. Ik weet niet hoe het met Kameroeners zit, maar ik heb een blaasinhoud met een maximum.


Ook door dit relaxer tempo en de praatjes, heb ik kunnen stilstaan bij mijn toekomst. Mama en papa zullen dit niet graag horen, maar... Ik zou echt nog wel willen bijstuderen. ik heb nog zoveel te leren! Ik heb bij mijzelf interesse ontdekt in het individueel begeleiden van kinderen (bijles geven is echt mijn ding!). Ook het lesgeven, vind ik echt leuk om te doen. In België zou ik dan zelfs veel meer kunnen doen omdat er materiaal is. De realiteit is wel dat de eisen in België om leerkracht lagere onderwijs te kunnen zijn, hoger liggen. En dan moet je ook AL die vakken kennen. Voor diegenen die me niet kennen: aardrijkskunde en geschiedenis zou misschien niet echt goe komen... GON-leerkracht worden, zou dus ideaal zijn. Dan kan ik kinderen met specifieke noden, begeleiden. Het gaat dan misschien eerder om de manier waarop je dingen aanleert dus dat zou ik misschien wel kunnen. Verder zou ik me graag willen verdiepen in culturen. Antropologie is hiervoor de geschikte studie, maar hoe veel jaren moet ik daarvoor dan wel niet op de schoolbanken slijten... Eigenlijk heb ik gewoon een heel slecht beeld van waar ik kan werken met mijn diploma van opvoedster (leefgroepwerking is denk ik niet echt iets voor mij) en een nog slechter beeld van wat ik met mijn diploma van bachelor in de Internationale Samenwerking Noord-Zuid aankan (Geef toe, dat klinkt toch echt wel een beetje Chinees hé?). Misschien dat ik met dit laatste wel aan ontwikkelingswerk zal kunnen doen? Maar ik ben zelfs niet zeker dat dit me zou liggen als ik zie hoeveel moeite ik er mee heb dat leerkrachten kinderen in school slaan. Het feit dat ik op een andere manier lesgeef, maakt niet dat ze dit van me overnemen. Het feit dat ik aangeef dat het verkeerd is, ook niet. Ik kan zelfs niet indenken dat dit ooit zal veranderen en dat maakt mij af en toe zo moedeloos... Misschien moet ik dan toch eens gaan horen op de redactie van Flair of ze geen jobke hebben voor mij (wink naar Veerle :)).

The (46th) National Youth Day

Donderdag 9 februari vormde de aanloop naar den 11e. Om deze dag niet al te vermoeiend te maken, hebben de scholen besloten al enkele competities te laten doorgaan op 9 februari. De winnaars van deze competities zouden mogen 'performen' op 11 februari. Een massa volk was al aanwezig op 9 februari, dat zou wat geven den 11e! Traditionele dans, atletiek, zangwedstrijd, het was er allemaal! Fijn om naar te kijken... voor een half uurtje... Vermoeiende dag, als je het mij vraagt. Ik had het al snel gezien :). Alles ging door onder de blakke zon. Gelukkig dat men voor 11 februari tentjes heeft voorzien!

Naar de kapper op 10 februari, levert een volle wachtkamer op ! 11 februari is immers een belangrijke dag voor alle jeugdigen en niet enkel het kostuum, dat alle kinderen speciaal voor deze gelegenheid hebben moeten aanschaffen, moet piekfijn in orde zijn, ook hun haar moet mooi kort! Dit geldt voor kinderen van iedere leeftijd. Zo belandden Jasper en ik met Petra en Precious bij de kapper. Een geïmproviseerde draaistoel (een stoel op een metalen buis die in een autowiel stak dat op de grond stond), een 'zetel' van bamboe en 2 jongetjes van rond de 13 jaar die klaar staan met een tondeuze, vormden het etablissement van de kapperszaak. Voor een prikje (mannen die hun haar willen afdoen, 5 min werk - 300 cfa, vrouwen die vlechtjes in hun haar bevestigd willen, 2 uur werk - 500 cfa), kan je daar je haar laten doen! Aangezien ik nog nergens een schaar heb zien liggen en ik me ook niet aan een getondeuzede coupe wil wagen, heb ik besloten hier als klant geen voet binnen te zetten. Mijn haar is voor mij nog steeds heilig!

Op donderdag waren er al verschillende 'eetgelegenheden'. Gateau, pofpof, bananen... De 11e februari, werd dit goed overtroffen. Rondom het hele voetbalveld hadden kraamuitbaters zich opgesteld. De concurrentie was groot! Pof pof, gateau, nootjes, popcorn, ijsjes, plantins, skotch egg... Overal kon je vanalles krijgen! Uiteraard hebben Jasper en ik het er goe van gepakt. Zelfs de cafés hadden hun weg gevonden naar het 'festivalterrein' (met al dat afval op de grond en die mensenmassa, kreeg ik toch een beetje een festivalgevoel..) door palmboomtakken in elkaar te fixen tot een soort van shelters. Leuk om te zien! Ik dankte de Heer voor het luchtige bries dat waaide, want anders had ik het nooit uitgehouden in mijn Afrikaanse outfit! Een stukje watermeloen tussendoor, kon me dan ook wel goed smaken! Ik werd aangenaam verrast door verschillende activiteiten. Het marcheren, waar men in de scholen zich een week op heeft kunnen voorbereiden, werd door de leerlingen van verschillende scholen, keurig uitgevoerd. Dit moest ook, want op het einde zou ook hier een winnaar worden uitgekozen! Ook hier was de concurrentie groot. Aangezien ik niet het uniform aanhad, van de leerkrachten, mocht ik niet mee marcheren. Dat vond ik niet erg. Wat ik erger vond, was dat een deel van de kinderen van de lagere school Sint Joseph in Mambu niet mocht mee marcheren omdat ze niet goed genoeg waren. 'They were selected.' Ocharme :( mijn hart brak toen ik dat hoorde en dus bleef ik achter met een groepje van 15 kinderen, uit het eerste en tweede leerjaar. Allemaal enthousiast, klaar in hun drie rijtjes om van start te gaan, en ik moest ze tegenhouden. Als ik dan zag dat de prijzen voor de competenties een kommetje met zeep was, had ik voor mezelf al geconcludeerd dat deze dag enkel schijnbaar voor de jeugd was. Eigenlijk draaide het hier gewoon om de volwassenen. Mambu won ieder jaar met het marcheren en is ook dit jaar gewonnen. De leerkrachten dachten waarschijnlijk dat ze hun kansen om opnieuw de eerste plaats binnen te halen, lieten schieten als ze deze kinderen lieten meelopen. Ik voelde me er niet goed bij. De kleuterestafetten waren geweldig om te zien. Ik moet toegeven, ik heb deze kindjes serieus onderschat. Een t-shirt en een broekje werden op een afstand van 15 m voor een 6 tal kleuters klaargelegd. Ze moesten hier dus naartoe lopen, snel hun kleren (maar ook goed!) aandoen en dan verder lopen tot aan de finishlijn. Dit konden ze dus allemaal hé, al was de ene natuurlijk wat sneller dan de andere! Wauw! Een andere oefening was patatten, die op een lijn met telkens een meter tussen lagen, oprapen en in hun mandje leggen en dan uitlopen. Ook dit ging goed! En de gewone spurt, was er ook. Het leek een makkie voor die kleine ukkies, alleen met het remmen ondervonden ze soms wat problemen... Heel de dag zijn Jasper en ik aanwezig geweest. Omdat de receptie (nog eten!) pas werd geopend na alle activiteiten en het voetballen nog moest beginnen, besloten Jasper en ik even te gaan 'tammen' in huis. Onze voeten deden pijn en mijn 'korset' gaf me geen lucht! Zo gezegd, zo gedaan. Na een half uurtje kwamen we terug en had Jasper 9 gemiste oproepen. Iedereen was ons aan het zoeken want de receptie was geopend! Manman... een hele dag zijn we daar geweest, een hele tijd gewacht op de receptie en dan opeens, besluit er iemand om die te openen en vraagt men zich af waar we zijn ?. Maar dus, rond een uur of 5, naar 'de receptie' (een klaslokaal met stoelen in en een koelbox met fufu in, njum!) gegaan, om dan daarna bijna meteen door te gaan naar onze 'socials'. Jasper had een meeting met de Mankannikong staff, ik met die van Mambu. Heel bizar eigenlijk. Een hele dag is er geen receptie en dan een uur voor je terug gaat eten, is er eten (want dat is dan ook geen receptie zoals bij ons met hapjes nzo, nenen, echt een warme maaltijd). Ik heb, op een stukje vis na, daar niets gegeten. Toen ik vroeg om een drankje, werd mij een export 33 in de pollen geduwd. Bier is blijkbaar een synoniem aan drank en daar heb ik mij dan ook bij neergelegd. 'Ik heb al van 's morgens niet meer gegeten.' Zei een leerkracht die het wel oké vond, dat de receptie nu pas open was. Ik denk dat dit zowat een Afrikaanse stijl is. Een hele dag lijden van de honger om daarna ineens keiveel te eten, ook al is er een hele dag een overvloed aan eten geweest...

De avond werd afgesloten in een groot huis van een oude (71 jaar!) bekende. Redelijk officieel werd 'de meeting' geopend door de directrice van de school, die ondertussen al 4 exports binnen had, gevolgd door een gezamenlijk gebed. (Je kan je 'een feestje' niet voorstellen zoals bij ons, men houdt hier van formeel gedoe ?). Heel de avond werden er Jezus of godsgekruide liedjes gezongen, gelachen en gedanst. 'Voor vrouwen is dit een belangrijk moment. Thuis mogen ze van hun man vaak niet eens drinken en draaien ze de opvoeding van hun kinderen alleen. De man voelt zich niet zo verantwoordelijk voor zijn kinderen en zal het geld dat hij verdient opdoen aan drank.' vertelde men mij die avond. Voor de eerste keer zat ik echt in met die vrouwen. Ze doen dan misschien wel veel geld op aan vaak voor ons eerder onbelangrijke dingen (een kostuum voor verschillende gelegenheden, wat echt duur is, maar ja, groepsdruk en prestige; een poepsjieke outfit voor naar de mis te gaan, om diezelfde redenen, je kan er dus bijna niet onderuit; geldbijdragen voor festiviteiten. Je naam wordt vermeld met het bedrag, alweer faam...; 'condolances', het geld geven aan iemand wanneer een familielid is gestorven om je medeleven te tonen), ze zien ook wel af met zoveel kinderen (anticonceptie is duur, abortus is niet echt aanvaard, elk kind is immers een kind van God! Men gelooft dan ook dat je geen kinderen meer kan krijgen als je een kind hebt geaborteerd - dat je dan gestraft wordt door God - en men zal dan eerder teruggrijpen naar traditionele middeltjes om te aborteren, wat dan niet eens werkt om nog maar te zwijgen van het gebrek aan informatie rond seksualiteit die wordt gegeven aan kinderen...). Heel de avond zingen, onnozel doen en zatte vrouwenpraat. Ik gunde het hen met heel mijn hart.

Rainseason, dryseason, burnseason?

Met dat 'burnseason' doel ik op het feit dat er hier bijna dagelijks wel iemand aan het stoken is. Her en der worden bomen omgedaan, afval moet worden verbrand (ze hebben hier geen vuilbakken...) en da geeft nogal ne stank amai! Zelfs met mijn raam toe op mijn kamer benk daar nog niet vanaf... Dat van dat afval. Ja, alles wordt opgebrand. Als ik mijn afvalzak afgeef, krijg ik de boodschap van mijn gezinsleden dat ze het wel zullen wegdoen, maar daar lijken ze niets meer mee te bedoelen dan het in den hof gooien. Een brikje, een chocodoosje, een tomatenzakje... Tkomt me zo bekend voor? Natuurlijk, want het zijn de dingen die voordien in mijn vuilzak staken. Ik snap het systeem nog niet goed, want uiteindelijk verbranden ze alles. Gaan ze dat dan terug alles uit de tuin oprapen om daarna te verbranden? Blijkbaar is dit in heel het dorp de gewoonte, dus mijn zak geef ik thuis niet meer af. Ik weet nu beter en drop het in een vuilbak in SaJoCAH want daarvan weet ik dat het wordt opgehaald.

Over vuiligheid gesproken. Een keuken vol met etensresten, trekt beestjes aan. Aangezien men niet de gewoonte heeft na het eten de afwas te doen, maar eerder pas wanneer men iets nodig heeft (omdat Afrikanen van dag tot dag leven?) - en dan wast men ook enkel 'het nodige' af - stapelt het puin zich vaak op, tot ergernis van Jasper en mij. Zo moeten we 1, niet alleen nog eerst een bord afwassen vooraleer we iets kunnen eten, maar 2, ja... al die etensresten blijven daar gewoon in liggen en ja, mieren nzo, niet zo gezellig :).

Over de ziekenhuisavonturen ging ik het ook nog even hebben. Nja... Ik ben al ziek geweest, Jasper al ziek geweest, kleine Renato, Petra... Als je genoeg moed hebt om naar het ziekenhuis te gaan, kan je dat doen. Voor mij is het een 'geen optie' meer (tenzij ik op sterven ligt natuurlijk, dan kan ik niet echt anders want tegen dat ik het ziekenhuis in Shisong heb bereikt..). Pillen worden voorgeschreven door de dokter die je heeft 'onderzocht' en een verpleegster, die al die dingen niet kent, geeft je die pillen. Zij weet je dus ook niet te vertellen wat de werking hier van is. Aangezien pillendoosjes altijd een bijsluiter bevatten, zou je natuurlijk eens kunnen nagaan of je deze pillen wel kan nemen (dat je niet allergisch bent aan iets, of diabetes hebt, zwanger bent...). Helaas, we zijn hier in Afrika. Men geeft je enkel het doosje mee, als je de volledige hoeveelheid die er in zit, nodig hebt. Positief is dat je niet met overschotten zit. Maar, voor wat dient alles? Er is geen bijsluiter... je krijgt een plastiek zakje en daar doet de verpleegster de pilletjes in. Ze schrijft er op hoeveel pillen hoeveel keer per dag je moet nemen, en that's it. Dat Jasper dan 3x per dag 1200g antibiotica moest nemen en dagen aan een stuk zo moe was dat hij alleen maar kon slapen, doet mij bij deze dosis dan ook vraagtekens zetten. Van de ene wachtkamer wordt je ook naar de andere gestuurd, van de ene dokter, naar het dispensarium, dan naar het lab etc. Kortom, reken maar een volledige dag uit als je naar het ziekenhuis moet! :)

Ook al denk je in het begin dat er ergens brand is…

5 min later zal je verrast worden door een lijkwagen, want een sirene, is namelijk het geluid dat deze verspreidt. Crazy!

Het is weer een 'feestmaand', zei Petra. Wat hiermee wordt bedoeld zijn 'death celebrations', want hier worden de doden 'gevierd'. Voor mij soms nog wat moeilijk te begrijpen. Heel het dorp moet je kunnen voorzien als er iemand uit je familie sterft want één of twee dagen na elkaar (inclusief nachten) wordt gedanst en gegeten. Of je die mens die gestorven is nu kent, eigenlijk maakt dat niet zoveel uit. Iedereen is welkom. Je mag zelfs een zakje meenemen om eten in te doen om je familie thuis te voorzien van eten. Onmogelijk? Neen, blijkbaar niet. Mensen zetten hiervoor geld opzij. 'we hebben dan wel geen mooie huizen en onze wegen zijn niet goed, maar voor eten, voor feesten, moet je altijd een potje opzij zetten. Anders kunnen de doden je wreken, zal ongeluk je overkomen.' was de uitleg van een vrouw... Een meer logische uitleg kreeg ik dan van mijn zus Petra 'Je weet niet wat de dag je morgen brengt. Als je geen feest geeft, gaan mensen je niet graag zien, gaat er niemand naar je omkijken als er je iets overkomt.' Andere mensen in je omgeving kun je dus maar beter te vriend houden, want zij fungeren als een soort 'verzekering' voor als je iets overkomt! De familie kiest een stofje uit en als je close bent bij de familie, dan laat je in deze stof een outfit maken. Een stuk of 30 mensen heb ik dus gezien met datzelfde stofje, maar allemaal anders. Ik heb al wat ideeën kunnen opdoen voor als ik een bloes ga laten maken... In minstens 4 huizen heb ik mensen buiten en binnen zien zitten. De mensen die binnen zitten, hebben een stoeltje langs de kant van de muur, zodat je een groot leeg 'vierkant' vormt met mensen. Ik krijg daar een beetje een onaangenaam gevoel bij als ik daar binnenwandel, precies een bunker of zo (het huis is helemaal leeggemaakt, er staan enkel stoelen met mensen op), zeker als er geen licht wordt aangedaan. Ook iedereen spreekt je dan aan, je weet niet goed wie je moet groeten en wie niet, want je kent er eigenlijk niemand, hoewel er altijd wel mensen jou kennen... Niet eten is ook not done, ook al is het 4 uur in de namiddag en heb je eigenlijk nog geen honger. 'We share!' zeggen ze dan altijd... En 'n fles cola (60cl) delen, wie doet da nu. Dat is toch een één persoonsportie! Haha :)

Over dat aanspreken! Mensen denken steeds - ook al loop ik daar al bijna 3 maanden rond - dat je nieuw bent. 'A bella?' vragen ze me dan. Als ik het antwoord weet, lachen ze. Als ik het niet weet, lachen ze ook. Het lijkt zo'n beetje een test en ook al heb je al 'A bonne' geantwoord, de 2 volgenden zullen het je opnieuw vragen omdat het toch zo grappig is. Zucht... Hetzelfde met die Bafutnam. 'Srre!' roepen ze me na, want dit is een typsiche Bafutnaam. Dan moet ik hen gaan corrigeren dat het 'Lum' is, maar ik vind het gewoon zo onozel dat ze zomaar een naam naar me roepen zonder me te kennen, dat ik het meestal gewoon negeer.
Over die Afrikaanse outfit! Ik heb ondertussen al een stof binnengedaan en volgend weekend zou ik een bloes en rok daarin hebben op maat. Spannend! Dit voor amper 9OOO cfa, wat neerkomt op zo'n 13 EUR in het totaal.

Iets anders. Ook al is het ieder weekend hetzelfde, ik geraak toch echt niet gewend aan het vroeg opstaan (ja, tien voor 7, dat is echt wel te vroeg voor een zondag). Maar gelukkig hoef ik me 's ochtends nooit te vervelen. Er valt altijd wel iets te doen! Zo heb ik deze morgen wenende Precious gaan halen, haar op de arm genomen en in één van mijn boekjes (die met de dieren, danku mama!) laten inkijken, wat met haar gespeeld... En als ik daar geen zin in zou hebben, is er nog steeds de afwas van de vorige dag. Heel gek trouwens die afwas. Als je begint af te wassen als je op dat moment geen borden nodig hebt, dan moet je onmiddellijk stoppen! Je zou jezelf wel eens kunnen vermoeien ?. Er wordt enkel afgewassen wanneer men iets van de afwas nodig heeft... Wat Jasper en mij al wel eens kan frustreren, als je graag iets wil klaarmaken of iets te eten wil nemen, en je daarvoor eerst een pot, een vork, en een bord voor moet afwassen...

Post checken kan ik tegenwoordig zelf doen. Ze kennen mij al in den bureau en geloven nu toch wel dat ik in SaJoCAH werk, maar in het begin moest ik mij eerst bewijzen. 'U kan me vragen wie er werkt! Ik ken zuster Prisca, zuster Petra...' zei ik toen heel zelfzeker aan de vrouw achter de balie. 'Ken je zuster...' Oeps.. die kende ik net niet 'Wat is de naam van 'the convent'?' Dat is zo t gebouw waar alle zusters verblijven. Damn... da wist ik ook niet... Maar toen ik dan vroeg of ik gewoon de post op mijn naam kreeg, dat was dan wel oké. Maar post gaan afhalen ga ik niet iedere week doen. Daarvoor moet ik eerst één of twee brommerkes nemen om daar te geraken en dat ligt niet op de weg van Bamenda of zo... Ik denk trouwens ook niet dat er nu nog post voor me onderweg is. Ik denk alleen dat de brief van Evelien Driessen niet is aangekomen :(

In het weekend moet er af en toe iemand naar school. Hier is het blijkbaar de normaalste zaak van de wereld dat je les hebt op zaterdag, eens naar school moet om een grote opkuis te doen etc. Bizar!

Al te veel ziekenhuis/dokter/pillen gezien, wordt vervolgd...

er verschijnt een lach op mijn gezicht als...

- ik opsta en de zon me tegemoet lacht, want dat laadt me wel op. Een depressieve maand hebben we hier niet, aangezien dat gewoonlijk toch december is omdat het dan slecht weer is en donker enzo. Ja, dat hebben we hier niet :). Goe weer, atlijd, al zou ik af en toe een druppeltje regen ook niet erg vinden...

- ik omringd word met mensen die mij graag zien en zelfs als ze zelf een baaldag hebben, me toch nog steeds goeiemorgen zullen wensen en oprecht willen weten hoe het met me gaat. Moeder Mary Stella kwam eergisteren op mijn kamer eens horen of alles oké was, omdat ze mij die avond nog niet in huis had zien verschijnen. Lieve bezorgdheid!

- ik mijn was van de draad haal en er aan ruik. Ondanks dat ze nooit helemaal proper is, fris ruiken doet ze wel en strijken dat hoeft niet, de zon heeft dat al voor mij gedaan met 'kartonnen' handdoeken als resultaat. Haha :)

- ik kijk hoeveel kaartjes er al op mijn nachtkastje staan, wauw, dat is echt fijn om naar te kijken. Zo toch een beetje een Kerstgevoel :).

- ik zie hoe blij mensen hier zijn met iets kleins! Gisteren de verjaardag van Bee gevierd. Haar verrast met een met snoepjes versierde cake (oké, de cake had de moeder gemaakt... maar toch) en een kroon (die ze verplicht de hele dag moest dragen. Leverde wel grappige toestanden op toen ze ermee naar de winkel ging). Op de cake hadden we dan lucifers gezet (geïmproviseerde kaarsen dus). De volgende dag stond er een beetje fanta in onze kamer als bedanking!

- de kraan niet meer werkte en ik nog eens naar de waterbron kon (ook al was dat wel hard werken en afzien omdat het zo schandalig lang geleden was...). Omdat mijn geluk niet op kon, ineens 2 keer gegaan. Ok nee eerlijk, het was uit noodzaak :) maar toch. Blji dat ik mijn portie sport zo ook heb gehad!

- ik zomaar spontaan bij iemand thuis wordt uitgenodigd en daar erg hartelijk wordt ontvangen. Iets minder fijn vind ik meestal het eten, want of je het nu lekker vindt of niet. Eten, zal je. Wie mij kent zal denken 'Alé, da kan Paulien nu toch ni erg vinden.' maar oh jawel... Hier serveren ze geen toastjes, chips of fruitjes.

- ik zie hoeveel mijn ouders aan mij denken. In 2 weken al twee telefoontjes. Klaarblijkelijk kunnen ze me echt niet missen hé :). Maar dat is aan deze kant hetzelfde hoor, ze maar zeker... En elke keer iets horen, doet me steeds weer deugd.

- Precious spontaan haar armpjes naar me uitstrekt als ik verschijn. Ze heeft er absoluut geen problemen mee dat ik haar pak, integendeel. Soms wilt ze zelfs niet meer weg. Ik kan er helemaal happy van worden van haar 'gekraai'. 'Koko' zegt ze, of 'mama' en 'paulien' dat begint ook al zelfs een beetje te gaan. Gekke bekken trekken, altijd lachen, spelen. In alles lijkt ze voldoening te vinden. Zorgeloos :). Ze leert stappen maar durft nog niet goed alleen. Maar stilletjesaan...

- één van mijn lessen in de school aanslaat, de kinderen enthousiast zijn (of zelfs bijna wild worden, als het gaat om tekenles soms :D). Vaak ookals ik met weinig middelen veel heb kunnen bereiken, want dat is vaak wel een uitdaging!

- ik terug van het Apeneiland mocht! Wat een opluchting! Desondanks, vond ik het een fantastische ervaring, maar ik zou wel twee keer nadenken voor ik er nog eens naartoe ga. En al zeker geen fruit meer meenemen...

- ik in een authentiek Afrikaans bootje, gewoon een uitgeholde boom in feite, een tochtje maakte op de Loberivier, genietende van de stilte en de kano mannen ons daarna verrasten door enkele mini aapjes in een boom aan te wijzen. Zalig, zo dieren in de vrije natuur.

- ik besef dat ik een volwassen chimpansee op zo'n dichte (ons bootje lag pakt 3 m verder in het water) maar toch veilige afstand oog in oog heb kunnen aankijken. Is echt n reusachtig beest. Al sjans dat ze ons daar niet bij gedropt hebben, ik zou niet willen hebben instaan voor de gevolgen..

- je zonder agenda kan leven, hoewel ik het op sommige momenten wel mis, die structuur. Maar als ik op een gegeven moment beslis dat ik naar de stad wil, ga ik gewoon aan de straatkant van Sajocah wachten op een taxi die mij brengt. Je kan je bus ook bijna niet missen. Ze zal imers k nooit wegrijden als het 'tijd' is. Het is 'tijd' als de bus vol zit, maar dat is geen goed voorbeeld, want dat levert mij eerder ergernis op dan ontspanning :) Niemand zal ook op je vingers kijken om te zien dat je wel tot de allerlaatste minuut werkt of alles hebt gedaan 'wat moet gedaan zijn.' Wat niet gedaan is, kan immers de volgende dag nog. No stress :)

- ik weet hoeveel chocola/snoep er nog in mijn koffer steekt (met dank aan allen die hiervoor aan mijn vrouwelijke behoeften hebben gedacht!) en het besef dat als ik erg spaarzaam ben, ik hier nog tot (of toch bijna tot) het einde van mijn stage mee kan toekomen! (mijn koffer is redelijk fris, voor al diegenen die al schrik hadden dat ik mij aan gesmolten/vervallen chocola zou overgeven) Ook houd ik mij in om Veerles Flair te lezen, al heb ik het niet kunnen laten om al even te piepen naar de papiertjes die ze er had tussengestoken! :)

- ik zie hoeveel series ik nu heb. Ik denk dat ik nu wel toekom tot het einde van mijn stage! :) Danku Maxim en Karlien :)

- iedereen mij zo blijft aanmoedigen. Mijn trajectbegeleider, mijn vrienden, mijn ouders, familie etc. Het wordt erg gewaardeerd en 't geeft mij ook echt moed om door te gaan! Nog 3,5 maand!

- ik een emmer water over mij kan gooien om me te douchen

- ik denk aan het Belgische onderwijssysteem, en het dan vergelijk met hoe het er hier aan toe gaat. Zelfs in de middelbare school wordt nog geslagen (dit vind ik niet om te lachen, voor de duidelijkheid). Vooral op het vlak van onderwijs, ben ik heel blij dat ik in België woon. Ik vind het bijzonder jammer dat kinderen hier niet dezelfde kwaliteit (waar ze wel recht op hebben!) van onderwijs hebben en ook niet op dezelfde respectvolle manier worden behandeld. Zelfs nog tot het einde van hun middelbaar, worden jongeren genadeloos gestraft met de 'cane', als ze niet naar de les zijn geweest bijvoorbeeld. Leerkrachten hebben zelfs geen oren naar je verhaal...

- ik bedenk dat ik echt sjans heb dat ik hier nog voldoende mogelijkheid heb om te communiceren met het thuisfront. Ik denk dat ik het moeilijker had gehad als ik amper elektriciteit, geen internet of verbinding met gsm. Zo blijf ik lekker up to date van alles wat in mijn thuisland gebeurt, dat ik achteraf geen te grote achterstand heb in te halen!